Wat is de betekenis van Darg?

v., (Gron.) losse veenstof van blaren, takken enz., derrie; een stuk veenachtig hooiland;

is de vormloze, lemige, zwarte veenmassa aan de onderkant van sommige hoge venen voorkomend.

Veen, derrie, darink, darie, darggrond, dargachtig veen. Hooiland van dargachtig veen. J. Vos dichtte van Amsterdam : „Zoo heft de stadt haar hooft uit dariekolken.” In de aardkunde noemt men darg de onderste laag van het hooge veen, liggend op zand. Daarboven ligt het veen van berken en elzen, daarop een stobbelaag (van hout), dan lok...

Darg - noemt men het veen aan de basis van het hoogveen in kommen van de onderliggende zandgrens. Het is een laagveen uit riet, zegge enz. opgebouwd. In Zeeland en elders in het Z.W. ook wel derrie, onder de jonge zeeklei gelegen laag veen.

v./m. (ook: darie, darink, derrie), vormloze, min of meer slibhoudende, plastische veenmassa. Darg is een eutrofe (aan voedingsstoffen rijke) veensoort, die onder klei of onder een oligotrofe (aan voedingsstoffen arme) veenlaag voorkomt en uitgegraven (darinkdelven of moernering) of uit veenpiassen opgebaggerd werd voor zoutwinning, turfbereiding o...

Darg. Vele kleistreken van ons land waren vroeger groote plassen (in de Haffperiode). Daarin groeiden water- en moerasplanten, welke tot veenvorming aanleiding gaven. Bij latere hooge stormvloeden sloegen groote oppervlakten van deze laag- en moerasvenen geheel of gedeeltelijk weg. Bij de daaropvolgende vorming der zeekleigronden zette zich de klei...

DARG, v. (gew.) losse veenstof van blaren, takken enz.; inz. laag veen tusschen het diluviale zand en de alluviale klei (in Groningen); een stuk veenachtig hooiland; —GROND, m.