Wat is de betekenis van DANKZEGGING?

v. (-en), dankbetuiging: onder dankzegging voor bewezen diensten iemand ontslaan; — (in ’t bijzonder) het doen van een dankgebed door de predikant of door de priester (na de mis) of door de gelovigen (na de H. Communie).

dankzegging - Zelfstandignaamwoord 1. een dankbetuiging     ♢ Hij deed een dankzegging als dank voor de gastvrijheid. Woordherkomst Naamwoord van handeling van dankzeggen met het achtervoegsel -ing

drukt de dankbaarheid uit over ontvangen gaven. Geheel het christelijk leven kan er onder begrepen worden als de lof over Gods goedheid, die wij mochten ervaren en die wij in de dankzegging uitdrukkelijk als onverdiende genade erkennen en aanvaarden. Daarom begint Paulus zijn brieven gewoonlijk met een dankzegging, d.i. met een act van levend geloo...

v. -en: een gebed van -.

Dankzegging, ook Nabetrachting geheeten, de dienst, die onmiddellijk volgt op de bediening van het Avondmaal. Oorspronkelijk lag het in de bedoeling, dat de z. g. post-communio het besluit van den avondmaalsdienst zelf was. Als zoodanig komt zij ook nog in het avondmaalsformulier voor. Reeds een vroegere synode van Dordt, in 1574, schreef een kort...

v. (-en), dankbetuiging: onder voor bewezen diensten iemand ontslaan; (in het bijzonder) het doen van een dankgebed.

...