d(i)e
d(i)e lidw., vnw. categorie: erfwoord Onl. the, thie [10e eeuw; W.Ps.], the [1100; Will.]; mnl. de, die [1200; CG II, Servas]. Die is de beklemtoonde vorm van het aanwijzend voornaamwoord, waaruit zich in onbeklemtoonde positie een gereduceerde variant de ontwikkelde die ten gron...