Wat is de betekenis van crosser?

2025-07-27
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

crosser

(de; -s) 1 - iem. die aan een cross meedoet. 2 - crossfiets

2025-07-27
Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

crosser

(de; -s) to - iem. die aan een crosscountry meedoet.

2025-07-27
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Crosser

[Eng.] 1. iemand die aan een cross(-country) meedoet; 2. crossfiets.

2025-07-27
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Crosser

veldrijder

2025-07-27
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Crosser

I. kolven; II. (met de kolfstok) voortslaan; met verachting behandelen; III. se crosser, vechten, bakkeleien.

Gerelateerde zoekopdrachten