Wat is de betekenis van contractueel?

2025-07-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Contractueel

(<Fr.), bw. bn., volgens contract: contractuele verplichting, uit een overeenkomst voortvloeiende (tgov. wettelijke); contractueel gebonden.

2025-07-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

contractueel

contractueel - Bijvoeglijk naamwoord 1. voortvloeiend uit, volgens het contract Woordherkomst afgeleid van contract (met het voorvoegsel con-) met het achtervoegsel -eel

2025-07-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

contractueel

contractueel - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: con-trac-tu-eel 1. volgens het contract ♢ contractueel moet hij een keer per week optreden Bijvoeglijk naamwoord: con-trac-tu-eel de/het contractuele ...

2025-07-24
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

contractueel

(de, contractuelen; bn.) tijdelijk ambtenaar, tijdelijk werknemer. De voorzitters van de federale overheidsdiensten (FOD's) krijgen een personeelsenveloppe die ze autonoom kunnen aanwenden voor het geheel van het statutair en contractueel personeel. - DS, 26-07-2002 Dat betekent nog niet dat het havenbedrijf de volgende jaren massaal contractu...

2025-07-24
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Contractueel

[Fr. contractuel] volgens contract.

2025-07-24
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Contractueel

volgens overeenkomst.

2025-07-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

contractueel

volgens overeenkomst.

2025-07-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

contractueel

bn., bw. (Fr. volgens overeenkomst): contractuele arbeid; - verbonden.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Contractueel

[Fr.], bn. en bw., voortvloeiend uit, volgens het contract: contractuele verplichting; gebonden zijn.