Wat is de betekenis van closure?

2025-07-23
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

closure

(zelfstandig naamwoord) [psych.] afsluiting - Het gebeurde kunnen we niet meer veranderen. Daarom werken we naar een afsluiting toe.

2025-07-23
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Closure

I sluiting; slot; II het debat sluiten over. clot I klonter; klodder; II klonteren, stollen.