Wat is de betekenis van Cliniek, clinisch?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Cliniek, clinisch

zie KLINIEK enz.

2025-07-28
Pinkhof geneeskundig woordenboek

Herman Pinkhof (1923)

Cliniek, clinisch

(κλινικός, bedlegerig, ook de arts, die den zieke aan zijn bed (κλίνη) bezoekt; κλινική (nl. τέχνη), diens kunst en methode), het onderwijs aan het ziekbed en al wat daartoe dienstig is, ook het ziekenhuis in zijn ge...

2025-07-28
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Cliniek, clinisch

bedlegerig; ook de arts, die de zieke aan zijn bed bezoekt; diens kunst en methode, het onderwijs aan het ziekbed en al wat daartoe dienstig is, ook het ziekenhuis in zijn geheel. Clinicus, de leeraar aan het ziekbed; naar Duits voorbeeld zou men de toehoorders „clinicist” kunnen noemen, doch dit verdient geen navolging. Policliniek de...

Gerelateerde zoekopdrachten