Wat is de betekenis van Chauci?

2025-07-29
Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

CHAUCI

Aanzienlijke germaanse stam tussen Eems en Elbe, door de Weser verdeeld in Chauci maiores en minores, door Tacitus (Germania 35) populus inter Germanos nobilissimus genoemd. De Chauci werden volgens Livius (Periocha 140) in 11 vC door Drusus onderworpen; afhankelijk van Rome werden ze in elk geval in 5 vC door Tiberius. In de oorlog tussen G...

2025-07-29
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Chauci

(Cauchi of Cauci, Cayci), ōrum, m. volksstam in Neder-Germanië aan de Oceaan, van Eems tot Elbe, in maiores en minores onderscheiden.

2025-07-29
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Chauci

Chauci - Cauci, Cauchi, machtige volksstam in ’t N.W. van Germanië tusschen de Amisia (Eems) en de Albis (Elbe), door de Visurgia (Weser) verdeeld in Ch. maiores ten W. en Ch. minores ten O. van dien stroom. Zij waren de naburen der Friezen, Chamaven, Angrivariërs en Chatten, werden 12 v. C. door Drusus het eerst bekend bij de Rom. en 5 n. C. door...

2025-07-29
Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Chauci

Chauci - Χαῦκοι, onderscheiden in maiores en minores, een machtige germaansche stam aan de Noordzeekust tusschen de Amisia (Eems) en den Albis (Elbe). Drusus onderwierp ze; in 70 n. C. verbonden zij zich met de Batavieren onder Claudius Civīlis. Later gaan ze op in de Saxones (z. a.).Χειρο&n...

2025-07-29
Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Chauci

volk. Zie CHAUKEN.

Gerelateerde zoekopdrachten