Wat is de betekenis van certitude?

2025-07-24
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

certitude

vaste waarde, zekerheid Bij Het Rad is het een komen en gaan van coaches, maar Doba is een certitude. De vriendelijke Ivoriaan met rastakapsel staat iedere zondag als eerste op het veld. (De Standaard) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 5 Vlaamsheid: 6

2025-07-24
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

certitude

(de, -s) zekerheid, vaststaand feit, vaste waarde. Julie Vanoosthuyse van het Kano en Kajak Team Kortrijk is met haar 10 jaar de jongste deelneemster aan de marathon. Al één jaar is zij actief lid. Dat zij vrijdagnamiddag Ieper haalt, is voor haar bijna een certitude. - HN, 23-07-2002.

2025-07-24
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Certitude

zekerheid, (ge)wisheid, stelligheid.

2025-07-24
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Certitude

zekerheid.

2025-07-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-24
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten