Wat is de betekenis van Caduciteit?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Caduciteit

v., 1. bouwvalligheid, vervallen toestand; 2. afgeleefdheid, gebrekkigheid.

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Caduciteit

bouwvalligheid, gebrekkigheid: afgeleefdheid

2025-07-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

caduciteit

v. vervallen toestand, bouwvalligheid; ge- brekkigheid van de ouderdom, afgeleefdheid; vervalbaarheid van erfenis of legaat.

2025-07-25
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

caduciteit

caduciteit - v., bouwvalligheid,gebrekkigheid; afgeleefdheid;vervalbaarheid van een erfenis of legaat.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Caduciteit

CADUCITEIT, v. bouwvalligheid, vervallen toestand; vergankelijkheid; vervalbaarheid (van eene erfenis of een legaat).

2025-07-25
Beknopt kunstwoordenboek

I.M. Calisch (1864)

caduciteit

caduciteit - v. gmv. bouwvalligheid, vervallen toestand; vergankelijkheid; vervalbaarheid (van eene erfenis of een legaat)

Gerelateerde zoekopdrachten