buizer
1) (17e eeuw, vero.) drinker. Kijk ook onder buizen*. • … een bierdrinker, een bierbol, een bierbuik, een bierbaars (H.), een ... een jeneverkraker (Br.) ; een jeneverlutte (D. B.) ; — een zuiper, een zuiplap, een buizer, een zwelger, een pooier; ... (De Navorscher. 1897) • Ga wég!... Jij bin 'n lamme bu...