Wat is de betekenis van buitendijk?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Buitendijk

m. (-en), 1. dijk die nog als waterkering dienst doet; 2. (gew.) buitendijks land.

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

buitendijk

buitendijk - Zelfstandignaamwoord 1. (waterstaat) dijk die als directe waterkering dienst doet Woordherkomst samenstelling van buiten en dijk

2025-07-28
Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Buitendijk

Voormalig stuk rietland, buiten de Noorder IJ- en Zeedijk te Oostzaan. Het was het Oostzaanse gedeelte van de Achtersluispolder; er heeft extensieve veeteelt op plaatsgevonden. De Buitendijk werd in de jaren zestig van de 19e eeuw een deel van de inpolderingen van de IJ-polders, het gebied lag ten westen van de huidige Coentunnelweg.

2025-07-28
Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Buitendijk

Frederik Jacobus; geb. Kampen 9 november 1813, overl. Kampen 11 juni 1892. Schilderde in- en exterieurs met figuren en stillevens. Signeerde: F. J. Buijtendijk.Tentoonstelling te Deventer in 1842: ingekwartierde militairen ontvangen order tot vertrek. Gemeente Kampen: stilleven met fazant en vruchten (gem. F. J. Buijtendijk 1877); bloemstilleven...

2025-07-28
Lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars 1750-1950

Pieter Scheen (1969)

Buitendijk

Buitendijk - zie Buytendijk.

2025-07-28
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Buitendijk

Dijk, die het buitenwater keert. Gebruikt in tegenstelling tot binnendijk.

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Buitendijk

s., bûtendyk.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Buitendijk

m. (-en), dijk die nog als waterkering dienst doet.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Buitendijk

Gehucht in de gem. Oost- en West-Barendrecht, Z.-Holl.