Wat is de betekenis van buikt uit?

2025-07-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

buikt uit

buikt uit - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiken ♢ Jij buikt uit 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbuiken ♢ Hij buikt uit 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van uitbuiken buikt...