Wat is de betekenis van broek vol goesting?

2025-07-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

broek vol goesting

(1988) (Vlaanderen) erotische gevoelens (hebben); geil (zijn). Kijk ook onder goesting*. • Natuurlijk was zijn droom aan diggelen geslagen door die troep spaghettivreters die hier uit Napels, of Palermo, of Bari of erger aangeland waren zonder een nagel om hun gat te krabben - maar met hun broek vol goesting,.... (Raster. 1988) • Je moet...