briefdrager (brievendrager)
Postbode. De briefdrager had moeten bellen omdat hij ze (de brieven) niet in de bus kon krijgen, ELSSCHOT 1960, 458. Ook o.a.: BLOMMAERT 1945, 212. WACHTERS 1946, 199. OP DE BEECK 1947, 45. VERMEYEN 1947, 97. Nu Nog 1973, 58.