Wat is de betekenis van bouwtijd?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bouwtijd

m., 1. jaargetijde geschikt om enig land te bebouwen: de beste bouwtijd voor raapzaad is..; 2. tijd benodigd om een bouwwerk te voltooien.

2025-07-23
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

bouwtijd

Het begrip bouwtijd heeft 3 verschillende betekenissen: 1) periode waaruit een bouwwerk stamt. periode waarin een bouwwerk is opgetrokken; periode waaruit een bouwwerk stamt. 2) hoeveelheid tijd nodig voor een bouwwerk. hoeveelheid tijd die men nodig heeft om een bouwwerk te bouwen of waarbinnen de bouw wordt gerealiseerd. 3) hoe...

2025-07-23
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bouwtijd

Bouwtijd - De tijd, welke voor het bouwen van een werk gesteld is. In ieder bestek* is n.l. een tijdsbepaling opgenomen, binnen welken termijn het werk gereed moet zijn. Ook het jaargetijde, dat te benutten is om het land te bebouwen (landb.).

2025-07-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bouwtijd

m., 1. jaargetijde voorzover geschikt om enig land te bebouwen: de beste bouwtijd voor raapzaad is ...; 2. tijd benodigd om een bouwwerk te voltooien.

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bouwtijd

BOUWTIJD, m. jaargetijde, het best geschikt om eenig land te bebouwen de beste bouwtijd voor raapzaad is...; ...TRANT, m. wijze waarop iets gebouwd is of wordt, bouworde.