Wat is de betekenis van bouwmannegie(n)?

2025-07-26
Drentsche spreekwijzen

Dr. J. Bergsma (1906)

bouwmannegie(n)

(Dalen, Borger, Zuidlaren, Assen, Diever, Smilde), bouwmannie (Eelde), bouwmaantie (Peize), bouwmantje (Ann. Kan.), eerdzwalve, eerdzwalvertien (Dwingeloo), eerdmannegien (Eext), akkermannegien (Valte), wupstaartien (Borger, Rolde), blikstartien (Emmen) kwikstaartje. veldakster (Smilde).

Gerelateerde zoekopdrachten