Botel
[samentrekking van b(oot) en h(otel), in navolging van motel, z.a.] hotel op een boot gevestigd.
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[samentrekking van b(oot) en h(otel), in navolging van motel, z.a.] hotel op een boot gevestigd.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Kramer en de Bruin (1971)
Botel - drijvend hotel dat op een ponton is gebouwd. Deze benaming wordt ook gebruikt voor een serie langs het water gebouwde woningen of hotelkamers, waar men zijn boot voor de deur kan meren.
Instituut voor de Nederlandse taal
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: