Wat is de betekenis van bonthandel?

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bonthandel

bonthandel - Zelfstandignaamwoord 1. de handel in bont Tijdens de 17de eeuw was de bonthandel zeer winstgevend. 2. een winkel waar bont wordt verkocht Daarna was er een bonthandel gevestigd. Woordherkomst samenstelling van bont en hand...

2025-07-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Bonthandel

Bonthandel - De voornaamste handels- en stapelplaats voor bont is Londen; verdere bekende bontmarkten zijn Leipzig en Parijs. Vroeger ook veel bont verhandeld op de Russische jaarmarkten. De handel in konijnevellen staat op zich zelf.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bonthandel

m., handel in pelterijen; bereiding van de pelshuiden voor de bontwerker; bontveilingen en pelsdierfokkerijen.