Wat is de betekenis van Boetekleed, Boetkleed?

2025-07-28
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Boetekleed, Boetkleed

Boetekleed, Boetkleed, o. (-eren), kleed-, gewaad eens boetelings; haren kleed. *...PREEK, v. (...eken). *...PREDIKATIE, v. (...ën), predikatie tegen zondaars gerigt, om hen tot berouw en boetedoening te vermanen. *...PREDIKER, m. (-s). *...PSALM, m. (-en), de zeven -en.