Wat is de betekenis van Boehamaker?

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Boehamaker

m. (-s), druktemaker ; pronker, geurmaker.

2025-07-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Boehamaker

m. (-s), druktemaker; pronker, geurmaker.

2025-07-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Boehamaker

BOEHAMAKER, m. (-s), schreeuwer, pronker, geurmaker.

Gerelateerde zoekopdrachten