Bobben
(bobde, heeft gebobd), met de bobslee rijden.
Marc De Coster (2020-2025)
(2000) (inf.) als Bob* fungeren in het verkeer. • De slagzinnen ‘Glaasje op, laat je rijden’ en ‘Bob jij of bob ik’ zijn gemeengoed geworden. Bij het werkwoord ‘bobben’ denkt bijna niemand meer aan een bobslee. (HP/ De Tijd, maart 2015) • We praten in de films over de Bob en sluiten af met...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(bobde, heeft gebobd), met de bobslee rijden. Bobben is een sport die stamt uit midden 19e eeuw, toen Davos en later Sankt Moritz zich tot centra van wintersport ontwikkelden. Aanvankelijk bestond een bobslee uit glij-ijzers waarop een houten plank was gemonteerd. Tegenwoordig is de bobslee geheel van metaal, met zitplaatsen voor twee of vier perso...
J.H. van Dale (1898)
BOBBEN, (bobde, heeft gebobd), met meer dan één persoon op eene speciaal daarvoor gebouwde slede (bob) eene hoogte afglijden; één-twee-bób, commando waarbij de bemanning zich uit de liggende houding met een ruk opheft om zich daarna weer achterover te leggen , dit geschiedt om de snelheid te vergrooten.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: