Wat is de betekenis van bloes?

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bloes

bloes - Zelfstandignaamwoord 1. (kleding) kledingstuk voor het bovenlichaam met knoopjes aan de voorzijde Onder enthousiast applaus komt Brooke Shields het toneel op. Iedereen buigt naar voren, uiterst benieuwd naar wat ze draagt. „Oh”, zegt de blonde vrouw naast me teleurgesteld en zakt weer terug. De hoog...

2025-07-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bloes

bloes - zelfstandig naamwoord 1. kledingstuk van soepele stof dat bij een rok of broek gedragen wordt ♢ mam, heb je mijn rode bloes gezien? Zelfstandig naamwoord: bloes de bloes de bloezen ...

2025-07-25
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

bloes

bloes - Geweven dames- of kinderbovenkleding voor het bovenlijf, meestal van dun materiaal en losvallend, met of zonder mouwen en over of in de band van een rok of broek gedragen. In traditionele klederdrachten soms ook gedragen door mannen. Gebruik 'truien' voor gebreide of gehaakte kleding voor het bovenlijf.

2025-07-25
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

bloes

: zie blouse.

2025-07-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

bloes

bloese, kledingstuk vir bolyf (vrouens); hemp.

2025-07-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bloes

v. bloezen; zie blouse.

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bloes

v./m. (bloezes, bloezen), zie blouse.

2025-07-25
Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

bloes

bloes leenwoord Zie: blouse

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bloes

BLOES, v. zie BLOUSE.