Bloei
m., 1. het bloeien, toestand ener bloesemdragende plant: de bloei valt in April; in bloei staan; in volle bloei; bloemen in bloei trekken, tot bloeien brengen; — oneig.: de bloei zit in het water, de vis is overvloedig, men vangt veel; 2. (fig.) de bloei der jaren, toestand van volle ontplooiing der...