Wat is de betekenis van blikte?

2025-07-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

blikte

blikte - Werkwoord 1. enkelvoud verleden tijd van blikken ♢Ik blikte ♢Jij blikte ♢Hij, zij, het blikte

2025-07-27
Drentsche spreekwijzen

Dr. J. Bergsma (1906)

blikte

vlakte: op de blikte op de vlakte, in het open veld (R.wold).