Binnenkoorts
v. (-en), (vero.) sluipkoorts, niet afgaande koorts met niet zeer sterke verschijnselen.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (-en), (vero.) sluipkoorts, niet afgaande koorts met niet zeer sterke verschijnselen.
J. van Donselaar (1936)
(de, -en), koortsig gevoel zonder temperatuurverhoging. Bij zgn. binnenkoorts de helft van een halfdroog papajablad afkoken; in het afkooksel wat zout doen en in plaats van water gebruiken (May 51).
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
('binnәn) v. (-en) niet afgaande koorts met niet sterke uiterlijke verschijnselen. Syn. sluipkoorts.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: