Wat is de betekenis van Bijzig?

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bijzig

bn. (-er, -st), (gew.) 1. tochtig (van dieren); 2. bijzig weer, winderig, onstuimig weder.

2025-07-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bijzig

BIJZIG, bn. (-er, -st), (gew.) tochtig (van dieren); — bijzig weer, winderig, onstuimig weder.

Gerelateerde zoekopdrachten