Bevelhebber
m. (-s), die het bevel voert, commandant.
Wiktionary (2019)
bevelhebber - Zelfstandignaamwoord 1. (militair) iemand die het commando heeft over een leger of vloot ♢ De bevelhebber droeg de manschappen op zich terug te trekken. Woordherkomst Samenstellende afleiding van bevel en de stam van hebben met het achtervoegsel -er Synoniemen c...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Muiswerk Educatief (2017)
bevelhebber - zelfstandig naamwoord uitspraak: be-vel-heb-ber 1. persoon die de leiding heeft bij politie of brandweer ♢ hij is bevelhebber in het leger 2. persoon die de leiding heeft in het leger ...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-s), iemand die het bevel voert, m.n. in het leger. In de Ned. krijgsmacht onderscheidt men: 1. Bevelhebber der Zeestrijdkrachten tevens chef van de Marinestaf, hoogste bevelvoerende autoriteit van de Koninklijke Marine met de rang van vice-admiraal. 2. Bevelhebber der Landstrijdkrachten tevens chef van de Generale Staf, hoogste bevelvoerende...
J.H. van Dale (1898)
BEVELHEBBER, m. (-s), (mil.) die het bevel voert. BEVELHEBBERSCHAP. o. BEVELVOERDER, m. (-s).
I.M. Calisch (1864)
Bevelhebber, *...VOERDER, m. (-s). *...HEBSTER, *...VOERSTER, v. (-s). *-SCHAP, o. gmv. *-SSTAF, m. (...aven).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: