Wat is de betekenis van bevel (divers)?

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bevel (divers)

o. (-en) 1. Eig. het bevelen: een geven tot arrestatie; op, hoger, uitdrukkelijk -; om iets te doen; ik ben tot uw -en. Syn. gebod, last, opdracht, order, voorschrift. Tgst. tegenbevel. 2. Metn. toevertrouwde macht om te bevelen: het hebben, voeren over; onder staan van. Syn. gebied, gezag, macht.