bepekt
bepekt - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bepekken ♢ Jij bepekt 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bepekken ♢ Hij bepekt 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van bepekken ♢ bepekt!
Wiktionary (2019)
bepekt - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bepekken ♢ Jij bepekt 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bepekken ♢ Hij bepekt 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van bepekken ♢ bepekt!
Jacob van Lennep (1865)
of bepikt, b.n. - Met pek besmeerd: Vondel bezigt in zijn Lofsangh op de Scheepvaart de uitdrukking Bepeckte Vlercken voor “zeilen.”
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: