Wat is de betekenis van belemmeren?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Belemmeren

(belemmerde, heeft belemmerd), de vrije beweging, liet vrije gebruik, de voortgang bemoeilijken, in de weg staan, verhinderen: de voltooiing van het werk werd door de oorlogsomstandigheden belemmerd; zijn ademhaling was belemmerd; (w. g.) zijn spraak is belemmerd; — versperren: de weg, de doorgang, het verkeer belemmer...

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

belemmeren

belemmeren - Werkwoord 1. (ov) een factor vormen die een gebeurtenis of handeling (bijna) onmogelijk maakt De slechte economische toestand van het land belemmerde de aanleg van de peperdure autosnelweg enorm. Door het slechte weer was alle treinveer belemmerd...

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

belemmeren

belemmeren - regelmatig werkwoord uitspraak: be-lem-me-ren 1. niet verder laten gaan ♢ hij belemmert de doorgang met dat hek Regelmatig werkwoord: be-lem-me-ren ik belemmer jij/u belemme...

2025-07-28
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

belemmeren

zie leemte

2025-07-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Belemmeren

v., opkeare, bilimmerje, bilemmerje, bihinderje.

2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

belemmeren

belemmerde, h. belemmerd (tegenhouden, bemoeilijken, in de weg staan, hinderen): de doorgang, het verkeer storen.

2025-07-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

belemmeren

(bə'lemmərən) (belemmerde, heeft belemmerd) [lam] de voortgang er van moeilijk maken : takken op de weg het verkeer; zijn spraak is belemmerd. Syn. dwarsbomen, storen, stremmen, tegenhouden. versperren. Tgst. →: bevorderen.

2025-07-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Belemmeren

(belemmerde, heeft belemmerd), de vrije beweging, de voortgang bemoeilijken, in de weg staan, verhinderen: de voltooiing van het werk werd door de oorlogsomstandigheden belemmerd; zijn ademhaling was belemmerd; versperren: de weg, de doorgang, het verkeer belemmeren.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Keur van Nederlandsche woordafleidingen

J.Pluim (1911)

Belemmeren

is een afl. van lam (z. d. w.); iets dus lam maken, in den voortgang hinderen. Zie ook Leemte.