Wat is de betekenis van beeldwit?

bn., zo wit als een beeld.

beeldwit - Zelfstandignaamwoord 1. slaapwandelaar beeldwit - Bijvoeglijk naamwoord 1. met helderziende gaven Woordherkomst samenstelling van beeld en wit

(beel(d)wit, belewit). Benaming voor iemand die met de helm geboren is en daardoor geacht wordt iemands dood te kunnen voorspellen, dikwijls door het zien van zijn begrafenis. Dit volksgeloof, dat ook van elders bekend is, komt in Zeeland sporadisch nog wel voor.LITERATUUR Meertens, Beeldwit. Ghijsen, Woordenboek, 64.

komt in verschillende streken van Nederland voor in de betekenis slaapwandelaar. Het is ontstaan uit het middelnederl. belewitte, waarmede zowel witte wieven* als toverheksen werden aangeduid. In de 17de eeuw betekent het woord ook tovenaar. Voetius noemt beeldwit degenen die de gave van het tweede gezicht hebben, doordat ze met de helm geboren zij...

[Middelned. belewitte, verwant met Du. Bilwisz, demonische verschijning], v./m., veelal oude aanduiding voor spookverschijnselen, witte wieven, later plaatselijk ook heksen. Het begrip is overgegaan op zieners van toekomstige gebeurtenissen (die met de helm geboren zijn of het tweede gezicht bezitten). Het woord heeft zich sinds de 12e eeuw vanuit...

BEELDWIT, m. (gew.) slaapwandelaar.