beduveld
(19e eeuw) (inf.) gek, mal, niet goed wijs. 'Ben je beduveld?' Syn.: bebliksemd*; belazerd*; bemieterd*; besalamanderd*; besassefrast*; besausnegerd*; beseibeld*; besjoecheld*; besjoege*; beslikt*; besodelutherd*; besodemieterd*; besoepketeld*; bespoten*; bestrontdonderd* enz. • ben je beduiveld (beduveld)? ben je mal. (I....