Basaltlava
v.
Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)
basaltlava: stollingsgesteente (uitvloeiingsgesteente) gekenmerkt door een fijnkristallijne structuur met verpreid voorkomende grove mineralen. Hoofdbestanddelen zijn veldspaat (plagioklaas), paars gekleurde augiet en olijfgroene olivijn. De steen is meestal donkergrijs getint en is rijk aan holten (blaasjes).
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
een natuurlijk gesteente, dat op verschillende plaatsen in Europa gevonden wordt. De dichtheid (en in verband daarmede het soortelijk gewicht) en de drukvastheid zijn veel lager dan die van basalt, nl. 0.780 (s.g. 2.920) en 490 tot 640 kg per cm2.
H.J. van Eyk (1916)
Een gesteente door vulkanische werking uit basalt ontstaan, hard, broos en moeielijk te bewerken. Men kent twee soorten de vaste of dichte, die zich slechts tot pleistersteenen laat verwerken, „augitlava” genaamd, en de poreuze of „Nephelinlava”, waarvan vensterkozijnen, stoepen, zuilen, trottoir-plaatsteenen, dragers en mol...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: