Wat is de betekenis van baksteenpooier?

2025-07-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

baksteenpooier

(2003) (inf.) crimineel die een horecapand bezit. • Ook in de horeca speelt het probleem van dubieuze investeerders en pandjesbazen. Restaurant-eigenaren zijn beducht op particuliere investeerders. Eén van hen: ''Het zijn vaak gelukzoekers, trotse ondernemers, maar soms ook, zonder dat je het weet, criminelen die een...

2025-07-26
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

baksteenpooier

(horecasector) crimineel die een horecapand koopt; een louche ondernemer. Ook in de horeca speelt het probleem van dubieuze investeerders en pandjesbazen. Restauranteigenaren zijn beducht op particuliere investeerders. Een van hen: ‘Het zijn vaak gelukzoekers, trotse ondernemers, maar soms ook, zonder dat je het weet, criminelen die een horec...

Gerelateerde zoekopdrachten