baksgewijs
(1824) (mar.) (voor het ochtendappel aantreden) volgens de bakken (waarbij bak: voorste gedeelte van het opperdek). De baksmeester* stond in voor de handhaving van de orde. [ • Elken avond gebruikten alle matrozen, die de eerste wacht niet hadden, baksgewijs een warm voetbad; en ieder ontving, op de wacht komende, eene hoeveelheid arak met war...