AUTODIDAKT
noemt men een persoon, die door zelfstudie en niet door middel van de gebruikelijke onderwijsinstellingen, zijn intellectuele en in het algemeen zijn geestelijke vorming verworven heeft.
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
noemt men een persoon, die door zelfstudie en niet door middel van de gebruikelijke onderwijsinstellingen, zijn intellectuele en in het algemeen zijn geestelijke vorming verworven heeft.
Jozef Verschueren (1930)
(outodi'dakt) m. (-en) [Gr. didaskein. leren] persoon die een wetenschap of kunst, alleen door zelfstudie of -oefening verkregen heeft.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Dr. C.J. Wijnaendts Francken (1925)
(Gr. , zelf, en leeren). Degene, die zonder regelmatig en cursorisch onderricht zichzelven door eigen studie, buiten een leermeester om, zijn theoretische en praktische kennis in zekere wetenschap of werkkring weet te vergaderen, met al de vóór- en nadeelen aan zulk een verwervingsmethode verbonden.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: