Wat is de betekenis van appelkoekjes?

2025-07-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

appelkoekjes

(19e eeuw) (Groningen) (sch.) gezegd als men iets niet wil doen. Vgl. aan* mijn schoen (pinas) links onder; ammehoela*; amme* hu; morgen* brengen. • Appelkoekjes! ook als uitroep: morgen brengen! 't is kloassie! (Taco. H. de Beer: Onze volkstaal. 1882-1890)