Wat is de betekenis van -appel (in samenstellingen)?

2025-07-28
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

-appel (in samenstellingen)

(de; als tweede lid van een samengest. zn.), naam voor enige bomen en hun vruchten, welke laatste enigszins lijken op en AN a. en/of op een SN appel (z.a.): bosappel, klopappel, sterappel. Etym.: Zie appel. Zie ook: ijsappel.