Wat is de betekenis van apotheken?

apotheken - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord apotheek

Apotheken zijn winkels van apothekers. Apothekers en apotheekassistenten verkopen en vervaardigen medicijnen. (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed)

Inrichtingen waar geneesmiddelen worden bereid en/of ten verkoop worden aangeboden. Een zeer groot deel dezer middelen kan niet vrij worden verkocht, maar mag uitsluitend op recept van huisarts of specialist worden afgegeven. In verband hiermee en ter controle door de overheid is het aantal vestigingen beperkt.In de Zaanstreek zijn 14 apotheken gev...

aanvankelijk artsenijbereidingskunst; in 1320 wordt voor het eerst in Noord-Brabant melding gemaakt van een zelfstandige apotheker, die zich in ’s-Hertogenbosch gevestigd had, Theodorius, die zich in Latijnse akten apothecarius noemde. Hij was een vooraanstaand burger, wat blijkt uit zijn lidmaatschap van de Illustre Lieve Vrouwe Broederschap...