anlappen
(N.−Dr.) aanhechten, Halen anlasschen. Bij 't breien gaorn anlappen. Fig. koppelen: zin zuster hef hom er anlupt; aanklagen: ik zal je er anlappen, Meppel, Smilde: ik zal 't er oe anl.; bedriegen (Dalen).
Dr. J. Bergsma (1906)
(N.−Dr.) aanhechten, Halen anlasschen. Bij 't breien gaorn anlappen. Fig. koppelen: zin zuster hef hom er anlupt; aanklagen: ik zal je er anlappen, Meppel, Smilde: ik zal 't er oe anl.; bedriegen (Dalen).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: