Wat is de betekenis van Amüsant?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Amusant

(<Fr.), bn. en bw. (-er, -st), vermakelijk, onderhoudend : een amusant verhaal, avondje ; een amusant jongmens.

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

amusant

amusant - Bijvoeglijk naamwoord 1. vermakelijk. Hij vertelde enkele amusante verhalen.

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

amusant

amusant - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: a-mu-sant 1. waar je om kunt lachen ♢ de meester vertelde een amusant verhaal Bijvoeglijk naamwoord: a-mu-sant ... is amusanter dan ... het amu...

2025-07-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Amusant

vermakelijk; onderhoudend

2025-07-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

amusant

vermaaklik, grappig.

2025-07-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Amusant

vermakelijk, onderhoudend.

2025-07-28
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Amusant

vermakelijk, prettig, onderhoudend.

2025-07-28
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Amüsant

amusant, vermakelijk.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

amusant

bn., bw. (Fr. vermakelijk, onderhoudend): een amusant geval; amusant vertellen, (s = z).