AKKER , grondstrook
(Fr.: eker of ikker). De strook tussen twee greppels in een perceel gras- of bouwland. De A. hoort enigszins bol, rugvormig te zijn; dan heet het; het land ligt goed op A.s (of ook: goed aan de keer). Het is niet zo, dat het woord A. in het algemeen bouwland aanduidt, ofschoon de A. oorspr. een (plaatselijk wisselende) breedtemaat voor bouwland was...