Wat is de betekenis van Afscheper?

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afscheper

m. (-s), minder gebruikelijk dan bevrachter, iem. die ter verzending van koopmansgoederen een vaartuig huurt en bevracht. AFSCHEPING, v. (-en), 1. het afschepen, het te scheep verzenden van goederen; 2. (w. g.) de handeling of het gezegde waarmede men zich van iemand afmaakt.

2025-07-23
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Afscheper

AFSCHEPER, m. (-s), minder gebruikelijk dan bevrachter; iem. die ter afscheping, ter verzending van koopmansgoederen, een schip of ander vaartuig huurt en bevracht.

2025-07-23
Zeemans woordenboek

Jacob van Lennep (1865)

Afscheper

z.n.m. - Bevrachter.

Gerelateerde zoekopdrachten