Afscheidbaar
bn.,(w. g.) afgescheiden kunnende worden, (vgl. onafscheidbaar); — vroeger in de spraakk. voor scheidbaar.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn.,(w. g.) afgescheiden kunnende worden, (vgl. onafscheidbaar); — vroeger in de spraakk. voor scheidbaar.
Wiktionary (2019)
afscheidbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. van een ruimte dat je het kunt afsluiten, afgrenzen van een andere ruimte ♢ Doormiddel van deze schuifwand kunnen we van deze zaal twee afscheidbare ruimtes maken. Woordherkomst afleiding van Naamwoord van handeling afscheiden met het achtervoe...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
heet in de intuïtionistische verzamelingsleer een deelsoort M van N, indien er een middel is om van ieder element van N te zeggen óf dat het tot M behoort, óf dat het niet tot M behoort.
J.H. van Dale (1898)
AFSCHEIDBAAR, bn. (w. g.) afgescheiden kunnende worden, geschikt om te worden afgescheiden, (vgl. onafscheidbaar) van iets waarmede het verbonden is; — vroegere spraakkunstige term waarvoor men nu scheidbaar zegt.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: