Wat is de betekenis van Acquitter?

2025-07-27
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Acquitter

I. 1. voldoen, betalen; 2. voor voldaan tekenen, kwiteren; 3. vrijspreken; ontslaan, ontheffen [v. plicht]; II. s’acquitter, zijn schuld betalen; s’acquitter de, voldoen aan, zich kwijten van, vervullen, nakomen.

Gerelateerde zoekopdrachten