Accessŭs
ūs, m. nadering, komst, solis, zonsopgang, Cic., aestus, vloed, Cic.; toegang tot iemd; concr., toegang (als plaats). | overdr., instinctieve neiging.
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
ūs, m. nadering, komst, solis, zonsopgang, Cic., aestus, vloed, Cic.; toegang tot iemd; concr., toegang (als plaats). | overdr., instinctieve neiging.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: