Wat is de betekenis van abdijkerk?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Abdijkerk

v. (-en), kerk van een abdij.

2025-07-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

abdijkerk

abdijkerk - Zelfstandignaamwoord 1. (bouwkunde) (religie) een kerk die bij een abdij hoort In de abdijkerk kun je vandaag luisteren naar liturgische gezangen. Woordherkomst samenstelling van abdij en kerk

2025-07-25
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

abdijkerk

abdijkerk - Kerken die het centrum vormen van een abdij of ander monachaal complex. Deze grenzen meestal aan het klooster en staan via een zogenaamde 'nachttrap' in verbinding met de slaapvertrekken. De kerken hebben een vergaderruimte of een kapittelzaal, die meestal is verbonden met het koor in het oostelijk deel van het klooster.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

abdijkerk

v. (-en).

2025-07-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

abdijkerk

abdijkerk - abdij'kerk, v./m. (-en), kerk van een abdij.

2025-07-25
Beknopt kerkelijk handwoordenboek

M.C. Nieuwbarn O.P. (1910)

Abdijkerk

kerk eens kloosters, dat door een abt (z.a.) wordt bestuurd gelijk bij de Benediktijnen, Cisterciënzen enz.

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Abdijkerk

ABDIJKERK, v. (-en), kerk van eene abdij.