Wat is de betekenis van Abdecken?

2025-07-25
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Abdecken

afdekken; dekken; ontbloten; (de tafel) afnemen; villen; Kredite abdecken, credieten dekken; Scheinwerfer (von Autos) nach oben abdecken, schijnwerpers naar boven afschermen; sich abdecken, zich dekken.

Gerelateerde zoekopdrachten