Wat is de betekenis van ababbel?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ababbel

m. (-s), (gew.) oorveeg, oplawaai.

2025-07-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

ababbel

(19e eeuw) (Antwerpen) klap, slag, oorvijg. In Den Bosch betekent 'ababbel' een taai snoepje, ook wel babbelaar genoemd. De volkstaal kent o.a. volgende syn.: accent* circonflexe; appeltaart*; baffer(d)*; baffetoen*; bats*; das*; handfeest*; handgeld*; hijs*; kegel*; knakker*; knurf*; koof*; lik*; optater*; opsecretaire*; peer*; peuter*; pit*; poei...

2025-07-28
Boevenjargon

Professor Henry Roskam (1949)

ababbel

oorveeg, oplawaai.

Gerelateerde zoekopdrachten